011/378 994

Informatie

Wat zijn poliepen?

Een poliep is een aangroei van het slijmvlies van de dikke darm. Dat kan variëren van enkele millimeters tot enkele centimeters. Poliepen geven zelden symptomen. Maar als ze groeien, kunnen ze soms aanleiding geven tot bloedverlies in de stoelgang, bloedarmoede of ijzertekort, of een verandering in het stoelgangpatroon.

Waarom is het opsporen van poliepen zo belangrijk?

Poliepen van enkele millimeters kunnen op termijn groeien, vervolgens kwaadaardig worden en zo evolueren naar dikke darmkanker. Dit gebeurt in ongeveer 10% van de gevallen. Dit proces vergt minstens 5 tot 10 jaar tijd, tenzij in enkele specifieke familiale vormen waarbij het sneller gaat. Aangezien kleinere poliepen meestal geen symptomen geven en klachten dus vaak pas optreden wanneer er al darmkanker is ontstaan, is het zinvol een actieve screening of preventie te overwegen. Door poliepen vroegtijdig (dus in het goedaardig stadium) op te sporen, kunnen ze worden weggenomen alvorens er eventueel kwaadaardigheid is ontstaan. In de meeste gevallen kan die wegname gebeuren door middel van coloscopie (onderzoek van de dikke darm met een flexibele buis langs de aars). Voor grotere of verdachte poliepen gebeurt die wegname soms via een operatie.

Bij wie komen poliepen voor?

In principe kunnen ze bij iedereen voorkomen. De kans op poliepvorming stijgt met de leeftijd en wordt pas belangrijk vanaf middelbare leeftijd (bij 20- 25% van de 50-jarigen, bij 40% van de 70-jarigen). Daarnaast is er een verhoogd risico als er sprake is van poliepen of dikke darmkanker bij naaste familieleden. Verder zijn er nog enkele zeldzame familiale syndromen waarbij poliepen op zeer jonge leeftijd voorkomen.

Hoe kunnen poliepen worden opgespoord?

Er bestaan verschillende mogelijkheden:

Hoe verloopt de opvolging na wegname van poliepen?

Eens iemand een poliep heeft gehad, wordt deze persoon best levenslang opgevolgd omdat hij/zij een verhoogde kans vertoont op het optreden van nieuwe poliepen. Deze opvolging gebeurt door middel van coloscopie. De frequentie ervan wordt bepaald door uw arts, op basis van het aantal poliepen en de grootte ervan, het microscopisch onderzoek van de poliepen, en de graad van familiale belasting. Kortom, bent u ouder dan 50, is er een familiale voorgeschiedenis van poliepen of dikke darmkanker of bent u geënteresseerd in een of andere vorm van preventieve opsporing, bespreek dit dan met uw huisarts of maagdarmspecialist.